De RSZ heeft ook als taak de opbrengst van de geïnde bijdragen te verdelen over de instellingen en fondsen van de sociale zekerheid.
Een deel van de instellingen valt onder het systeem van het Globaal Financieel Beheer en ontvangt zijn middelen volgens zijn behoeften. Instellingen en fondsen die niet onder het Globaal Financieel Beheer vallen, ontvangen hun financiële middelen op basis van de opbrengst van hun bijdragevoet.
Overzicht cijfers
De volgende tabellen geven een overzicht van de uitgaven van de voorbije jaren.
Financiering totaal (in miljoenen euro)
|
2018 |
2019 |
2020 |
Te financieren behoeften - Globaal Beheer |
65.698 |
67.459 |
75.600 |
Bijzondere toewijzingen - RSZ-Globaal Beheer |
1.110 |
1.215 |
1.554 |
Stortingen van voorschotten buiten het globaal beheer |
8.982 |
9.207 |
9.167 |
Totaal |
75.790 |
77.881 |
86.321 |
Te financieren behoeften: details (in miljoenen euro)
|
2018 |
2019 |
2020 |
FPD (pensioenen) |
26.803 |
27.973 |
29.342 |
RIZIV (ziekte- en invaliditeitsverzekering, Interdepartementaal begrotingsfonds) |
31.637 |
32.732 |
35.018 |
RVA (werkloosheid, werkloosheid met bedrijfstoeslag, tijdskrediet, loopbaanonderbreking,
tewerkstellingscellen - outplacement, burn-out project)
|
7.014 |
6.519 |
10.991 |
Fedris - BZ (beroepsziekten) |
267 |
255 |
252 |
Fedris - AO (arbeidsongevallen) |
-32 |
-29 |
-13 |
Andere (stelsel van de zeelieden, mijnwerkers) |
9 |
9 |
10 |
Totaal |
65.698 |
67.459 |
75.600 |
Stortingen van voorschotten buiten het globaal beheer: details (in miljoenen euro)
|
2018 |
2019 |
2020 |
RJV (jaarlijkse vakantie van de arbeiders) |
4.592 |
4.728 |
4.702 |
Compensatiekas verlof zeevarenden |
0 |
0 |
0 |
Fonds voor sluiting van ondernemingen |
294 |
286 |
258 |
Fedris - Asbestfonds |
6 |
6 |
6 |
Fedris - premies arbeidsongevallen zeevarenden (verplicht) |
1 |
1 |
1 |
Federale pensioendienst |
2.082 |
2.118 |
2.228 |
Pensioenbijdrage voor regionale ontvangers |
3 |
3 |
3 |
Fondsen voor bestaanszekerheid |
1.809 |
1.854 |
1.764 |
Sectorale pensioenfondsen |
195 |
211 |
205 |
Totaal |
8.982 |
9.207 |
9.167 |
In 2020 ging 89,4% van de opbrengsten naar de financiering van het Globaal Financieel Beheer en 10,6% naar de financiering van instellingen en fondsen buiten het Globaal Financieel Beheer.
Evolutie binnen het Globaal Financieel Beheer
Het RSZ-Globaal Beheer financierde in 2020 de takken van het Globaal Financieel Beheer voor een totaalbedrag van 75.600 miljoen euro. Dit is een stijging met 12,1% ten opzichte van 2019.
De forse toename in 2020 was vooral het gevolg van de sterk gestegen te financieren behoeften van de RVA omwille van de coronacrisis met 4,5 miljard euro (+ 68,6 %), en in mindere mate van de stijging van de te financieren behoeften van het RIZIV (+ 7,0 %) en van de FPD (+ 4,9 %).
De bijzondere toewijzingen zijn in 2020 gestegen met 27,9% ten opzichte van 2019. Dit is hoofdzakelijk te wijten aan de prefinanciering (bijzondere toewijzing) door het Globaal Beheer van de compensatiepremie voor gesloten sectoren in afwachting van de compensatie voor het Globaal Beheer via de evenwichtsdotatie.
De volgende figuur geeft een overzicht van het aandeel van de takken van de sociale zekerheid in de financiering van het Globaal Financieel Beheer van 2018-2020.
Financiering van de takken van het Globaal Beheer
|
Geneeskundige verzorging |
Pensioenen |
Werkloosheid |
Uitkeringen ZIV |
Andere* |
2018 |
23.223 |
26.803 |
5.356 |
8.414 |
1.902 |
2019 |
23.647 |
27.973 |
5.112 |
9.085 |
1.642 |
2020 |
25.193 |
29.342 |
9.721 |
9.824 |
1.519 |
De rubriek ‘Andere’ in de grafiek bevat: werkloosheid met bedrijfstoeslag, tijdskrediet en loopbaanonderbreking, Fedris-arbeidsongevallen, Fedris-beroepsziekten, invaliditeitspensioenen van mijnwerkers, ziekte-invaliditeit en werkloosheid van het stelsel van de zeelieden.
De volgende figuur geeft een overzicht van de verdeling in 2020.
Procentuele verdeling van de behoeften - 2020
|
Percentage |
Geneeskundige verzorging |
33 % |
Pensioenen |
39 % |
Uitkeringen ZIV |
13 % |
Werkloosheid |
13 % |
Andere* |
2 % |
De rubriek ‘Andere’ in de grafiek bevat: werkloosheid met bedrijfstoeslag, tijdskrediet en loopbaanonderbreking, Fedris-arbeidsongevallen, Fedris-beroepsziekten, invaliditeitspensioenen van mijnwerkers, ziekte-invaliditeit en werkloosheid van het stelsel van de zeelieden.
De sectoren Pensioenen (38,81 %) en Geneeskundige Verzorging (33,32%) vertegenwoordigden samen meer dan drie vierde van de gefinancierde behoeften van het Globaal Beheer. De tak ZIV-uitkeringen volgt met 13,00% op de derde plaats. Omwille van de coronacrisis zijn de behoeften voor RVA-werkloosheid in 2020 sterk gestegen met 4,6 miljard euro en vertegenwoordigen deze in 2020 12,86 % (ten opzichte van 7,58 % in 2019).
Voor meer informatie over de evolutie van de sociale zekerheidsuitgaven verwijzen we naar de jaarverslagen van de betrokken instellingen.
Evolutie buiten het Globaal Financieel Beheer
In 2020 zijn de uitgaven buiten Globaal Financieel Beheer met 0,4% gedaald omwille van de coronacrisis.
Deze had een neerwaartse impact op de uitgaven voor de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie (RJV) (kwartaalbijdrage), de Fondsen voor Bestaanszekerheid en de sectorale pensioenfondsen.
Voor wat betreft het Fonds Sluiting Ondernemingen was er een neerwaarts effect van de daling van de bijdragevoeten voor de basisbijdrage en de bijzondere bijdrage
Voor wat betreft de Federale Pensioendienst was er een stijging omwille van de stijging van het bijdragenpercentage en omdat de coronacrisis quasi geen impact had op de publieke sector.
Uitgaven stelsels lokale sociale zekerheid, Overzeese Sociale Zekerheid en Sociale Maribel – publieke sector
De verschillende stelsels hebben als taak de opbrengst van sommige geïnde bijdragen door te storten naar derden en sociale prestaties uit te betalen.
De volgende tabellen geven een overzicht van de verschillende uitgaven weer.
Uitgaven binnen en buiten globaal beheer: overzicht (in miljoenen euro)
|
2018 |
2019 |
2020* |
1. Binnen globaal beheer |
366 |
494 |
533 |
Bijzondere toewijzingen |
366 |
494 |
533 |
2. Buiten globaal beheer |
3.140 |
3.307 |
3.443 |
Lokale besturen |
2.389 |
2.484 |
2.650 |
Overzeese Sociale Zekerheid |
343 |
346 |
326 |
Sociale Maribel - Publieke sector |
408 |
477 |
467 |
Totaal |
3.506 |
3.801 |
3.976 |
(*) voorlopige realisaties
13,41% van de uitgaven 2020 worden betaald vanuit het globaal beheer. Het zijn de bijzondere toewijzingen. 86,59% van de uitgaven 2020 worden betaald buiten het globaal beheer. Hier gaat het onder meer over de stortingen aan andere instellingen en besturen en de stortingen aan derden.
Uitgaven binnen globaal beheer: detail (in miljoenen euro)
|
2018 |
2019 |
2020* |
1. Bijzondere toewijzingen namens de lokale besturen: |
366 |
494 |
533 |
Forfaitaire boni kinderbijslag (FPD) |
50 |
51 |
51 |
Sociale Maribel - Publieke sector |
316 |
322 |
361 |
Loonmatiging |
121 |
121 |
121 |
(*) voorlopige realisaties
Binnen het globaal beheer
De bijzondere toewijzingen namens de lokale besturen bestaan uit 3 onderdelen:
- Forfaitaire boni kinderbijslag
Deze uitgave is een maandelijkse storting aan de Federale Pensioendienst (FPD).
Het bedrag werd in 2015 vastgelegd op 47.000.000 euro bij de 6e staatshervorming en wordt jaarlijks aangepast aan de procentuele verandering van het gemiddelde indexcijfer van de consumptieprijzen.
- Sociale Maribel – publieke sector
Deze maandelijkse storting door het globaal beheer is de dotatie aan de tak Sociale Maribel – publieke sector en de Fiscale Maribel ten voordele van de werkgevers die recht hebben op deze subsidie.
De bijzondere toewijzing Sociale Maribel kent een stijging van 12,11% (+ 39 miljoen euro) gezien de dotatie 2020 niet verminderd werd met de NR middelen van vorige jaren.
- Loonmatiging
Vanaf 2018 werden bijkomende middelen toegekend voor het gesolidariseerd pensioenfonds. Het betreft een deel van de loonmatigingsbijdrage lokale besturen en dit voor de jaren 2018-2019-2020 bepaald bij Ministerieel Besluit (ministerraad 18/01/2018) op jaarbasis 121 miljoen euro via een maandelijkse storting aan de FPD.
Uitgaven buiten globaal beheer: detail (in miljoenen euro)
|
2018 |
2019 |
2020* |
1. Lokale besturen: |
2.388 |
2.484 |
2.650 |
FPD (PDOS-bijdragen) |
7 |
9 |
7 |
FPD (gesolidariseerd pensioenfonds) |
2.293 |
2.379 |
2.520 |
Fedris (beroepsziekten en Asbestfonds) |
22 |
23 |
23 |
Sociale diensten (GSD, GSDV en politie) |
9 |
9 |
9 |
Vakbonden (syndicale premies) |
17 |
17 |
17 |
Ethias (2de pijler) |
39 |
46 |
73 |
FPD (DVG Mandatarissen) |
1 |
1 |
1 |
2. Overzeese Sociale Zekerheid |
343 |
346 |
326 |
Prestaties binnen- en buitenland |
337 |
326 |
314 |
Diverse uitgaven |
6 |
20 |
12 |
3. Sociale Maribel - Publieke sector |
408 |
477 |
467 |
Prestaties voor de Sociale Maribel - Publieke sector |
408 |
477 |
467 |
Totaal |
3.139 |
3.307 |
3.443 |
(*) voorlopige realisaties
Buiten het globaal beheer
De uitgaven buiten het globaal beheer gaan naar 3 verschillende stelsels die afzonderlijk gerapporteerd worden:
- Lokale besturen
De cijfers geven de doorstortingen weer aan andere OISZ en derden. Ze zijn gebaseerd op de geïnde bijdragen min de administratiekosten.
- Overzeese Sociale Zekerheid
De cijfers zijn gebaseerd op de uitgaven voor sociale prestaties (o.a. pensioenen en geneeskundige verzorging) en diverse andere uitgaven.
- Sociale Maribel - publieke sector
De cijfers vertegenwoordigen de betalingen van de subsidies aan de rechthebbende werkgevers (o.a. sociale Maribel, sociale akkoorden, project 600, zorgpersoneelfonds, solidariteitspremie) en de tussenkomst in de kosten voor het beheer.
De uitgaven buiten het globaal beheer stijgen in totaal met met 4,11% (+ 136 miljoen euro).
Het stelsel lokale besturen kent een stijging van 6,68% (+ 166 miljoen euro). Die is vooral te verklaren door een stijging van de geïnde bijdragen (zie ontvangsten). Het gaat daarbij in het bijzonder over de bijdragen geïnd voor het gesolidariseerd pensioenfonds (+ 141 miljoen euro) en de tweede pijler (+ 27 miljoen euro).
Voor het stelsel van de Overzeese Sociale Zekerheid noteren we een daling van 5,78% (- 20 miljoen euro). Die is een gevolg van een daling van de sociale prestaties met 12 miljoen euro en een daling van de diverse andere uitgaven met 8 miljoen euro. Dit komt omdat de terugstorting van de teveel ontvangen Rijkstegemoetkoming voor 2018 en 2019 slechts 9,36 miljoen euro bedroeg in tegenstelling tot 17,05 miljoen euro in 2019.
Voor het stelsel Sociale Maribel - publieke sector noteren we een daling met 2,10% (- 10 miljoen euro). Dit is in hoofdzaak te wijten aan het feit dat de IFIC-premies een éénmalige uitgave waren in 2019.